Dit keer aan het woord: Louis Konickx. Vorig jaar november ontving hij als een van ’s werelds beste parcoursbouwers ter wereld en ware ambassadeur voor Limburg tijdens het Limburgs Paardensportgala de oeuvreprijs. Terwijl Louis zich dit voorjaar aan het voorbereiden was op zijn rol als Technical Delegate tijdens de Olympische Spelen in Tokyo, maakte de corona-crisis ruimte voor vrijwilligerswerk in het RadboudUmc.

Vraag 1: Hoe is de impact van de Corona-ontwikkelingen op dit moment voor jou als parcoursbouwer?

“Het corona-virus kwam binnenvallen toen wij met het hele team The Dutch Masters – Indoor Brabant aan het voorbereiden waren. De organisatie had na veel overleg besloten om het evenement zonder publiek te laten plaatsvinden. Ondanks dat ik een paardensportevenement zonder publiek eigenlijk geen echt evenement vind, kon ik die beslissing goed begrijpen omdat de gehele Brabanthallen al waren ingericht. Net voordat de dressuur zou beginnen viel de bijl en moesten alle evenementen worden afgelast. Datzelfde weekend volgden andere Europese landen en was mijn agenda direct leeg.

Dan kom je midden in de chaos van de vliegtuigmaatschappijen terecht en ben je wel even bezig met vluchten annuleren. Kort daarna ben ik als vrijwilliger aan de slag gegaan in het RadboudUmc, waar ik normaal nog een aantal uren werk en organisatieonderzoeken doe. Het ziekenhuis had vrijwilligers nodig die aan de ingang van de corona-afdelingen als een soort ‘gastheer’ alle inkomende medewerkers en bezoekers instrueren, om zo de scheiding tussen het besmette en niet besmette-gedeelte vlekkeloos te laten verlopen. Ondanks dat het een hele nare ziekte is, merk je gelijk dat de verpleegkundigen en artsen heel goed zijn in het omgaan met dit soort situaties en daardoor kon ik met een gerust hart mijn steentje bijdragen en er ook nog plezier aan beleven.

Daarnaast was het ook erg plezierig dat al snel enkele ruiters mij benaderden om oefenparcoursen te bouwen. Hoewel ik oorspronkelijk het idee had dat ruiters en paarden een hele tijd nodig zouden hebben om weer rustig in het ritme te komen, merkte ik dat de ruiters de afgelopen periode ook echt meer tijd hadden genomen om aan hun paarden te werken en dat ze binnenkort echt wel weer klaar zijn voor het grote werk!

Inmiddels staan er weer verschillende concoursen op de planning en is ook het onderzoeksproject, waar ik mijzelf mee bezighield in het RadboudUmc, weer opgestart.”

Vraag 2: Kunnen we iets leren van de huidige situatie?

“Het is heel boeiend om te zien hoe in zo’n totaal onverwachte en ongekende situatie mensen in een heel korte tijd overschakelen naar ‘plan B’ en nieuwe initiatieven ontplooien. Als je daar zo naar kijkt, dan kunnen we leren te vertrouwen dat creativiteit en proactief reageren je verder brengt, niet alleen in de paardensport, maar ook in het algemeen.

Verder benadrukt deze crisis dat de paardensport weliswaar ontzettend is gegroeid qua niveau, maar ook dat we moeten werken aan de aantrekkelijkheid van de sport, want online zonder publiek lijkt mij de dood in de pot. We hebben goede wedstrijdformules vol met spanning, waar toeschouwers enthousiast van worden. Dit moeten we bewaken zodat er ook een climax is en het niet tot vervelends aan toe gebruiken in veel te grote rubrieken.

Zo houd je het publiek op de goede momenten en dat brengt publiciteit en niet te vergeten aantrekkelijkheid voor sponsoring en business. Daar moeten wij met z’n allen weer voor gaan! Paardensport zonder genietend publiek, is niet interessant.”

Vraag 3: Wat is het eerste wat je gaat doen, zodra we het normale leven weer kunnen oppakken?

“Begin oktober staat de finale van de landenteams in Barcelona op het programma en zoals het er nu naar uitziet zal dat met publiek zijn. Hier kijk ik, als FEI-technisch afgevaardigde voor deze wedstrijd, ontzettend naar uit! Dat wordt hopelijk weer het eerste evenement zoals het hoort: de sterkste ruiters per land strijden voor publiek om een grote prijzenpot. Iedereen is er: chefs d’équipe, eigenaren, trainers, officials, organisatoren van andere grote concoursen en veel pers. Kortom: weer bijdragen aan een mooi evenement, daar heb ik zin in!”

Vraag 4: Wat is volgens jou de kracht van de Limburgse paardenwereld?

“Als je kijkt naar de persoonlijkheid van succesvolle mensen in de paardenwereld, zie je de overeenkomsten: beter willen worden in je vakmanschap, boerenverstand en beide benen op de grond. Voeg aan die twee eigenschappen een Limburgs accent toe en dat is de kracht van de Limburgse paardenwereld, haha! De Limburgse paardenwereld zit vol met passie voor en kennis over de paardensport, waarmee ze de top van de paardenwereld behalen en klandizie uit de hele wereld weten aan te trekken.”

Vraag 5: Waarom is “het paard” belangrijk voor jou?

“Mijn antwoord op deze vraag ga ik even inleiden. Met nieuwsgierigheid heb ik laatst de Paardenkrant zitten lezen. Daarin stond een kettingbrief waarin enkele experts na elkaar aan het woord kwamen over de promotie en marketing van de sport. Hierin noemden zij voorbeelden van andere sporten zoals basketbal, voetbal e.d. en vertaalden deze promotie-modellen naar de paardensport. Als je het mij vraagt, vergaten ze hierin het belangrijkste ding. Voor de liefhebber is d’r niks zoe moei as eun paerd. Dat is iets magisch, van veulen tot olympisch kampioen. Die cracks hebben de hoofdrol en daar komt zoveel bij kijken! Dat verhaal maakt onze paardensport zo fantastisch! Nu mijn agenda wat leger is, stap ik drie keer per week op het paard en daar mogen ze mij heel vroeg voor wakker maken!”

Op de hoogte blijven van alle artikelen? Volg ook onze Facebookpagina!