Het is belangrijk om als zelfregulerende sector te laten zien dat er op de paardenbedrijven oog is voor natuur, milieu, dier en duurzaamheid. Natuurinclusieve paardenhouderij is een vorm waarin je dit kunt uitdragen. Het staat voor het op een economisch rendabele manier, met duurzaam beheer van natuurlijke hulpbronnen in de bedrijfsvoering, zorgdragen voor ecologische functies en biodiversiteit in de totale breedte van het bedrijf. Het doel van natuurinclusief ondernemen is onder andere het creëren van gesloten kringlopen, waarbij reststromen omgezet worden in producten met waarde.

Je kunt al beginnen met natuurinclusief ondernemen door verschillende kleine aanpassingen. Wil je liever direct grote stappen maken, dan is het wellicht interessant om ook naar subsidiekansen te kijken.

Bodemgebruik – Het aanpassen van de bemestingswerkzaamheden helpt veel bedrijven al een stap vooruit. In plaats van drijf- en kunstmest, kunt u stromest uit de stallen gebruiken om uw grond te bemesten. Gierbemesting en kunstmest bieden immers wel de benodigde voedingstoffen om de grond productief in conditie te houden, maar stromest uit de stallen verhoogt het organische stofgehalte. Dit is nodig voor een goede structuur van de grond en een gezond bodemleven.

Biodiversiteit – Voor een paard wordt kruidig en structuurrijk hooi gezien als hoogwaardige voedingsbron. Door middel van speciale paardengrasmengels kunt u uw weides zo aanpassen dat de productie van kwalitatief paardenhooi mogelijk is. Naast het feit dat deze kruiden en bloemen de smakelijkheid en gezondheid van de paarden verbeteren, zorgen ze ook voor een toename in de biodiversiteit en dierlijke diversiteit, denk aan vlinders en bijen.

Erfinrichting – Een groot deel van het erf van veel paardenbedrijven bestaat uit bestrating. Doordat het regenwater wordt afgevoerd naar het riool, kan de bodem het grondwaterpeil niet goed op niveau houden. Een simpele oplossing is het loskoppelen van de regenpijpen. Vang het water op in een waterdoorlatende grindlaag onder de pijp of in een regenton. Zo ben je meteen beter bestand tegen extreme droogte.

Bij veel regenval kunnen groenperken en natuurlijke waterafvoermogelijkheden helpen bij het tijdig afvoeren en vasthouden van het water. Daarnaast dragen groenperken ook bij aan de biodiversiteit en grondkwaliteit. Andere voorbeeld is het aanpassen van een geasfalteerde parkeerplaats naar parkeervlakken van grind. Ook kunnen hagen rond de paardenweides en paddocks, een hoogstam appelboomgaard of een kikkerpoel bijdragen aan de biodiversiteit.

Subsidiekansen – Ondanks dat bekend is dat genoemde investeringen de biodiversiteit, de omgevingskwaliteit, de bodemkwaliteit en de algehele beleving van medewerkers, bezoekers en klanten bevorderen, is het voor veel ondernemers een grote kostenpost. Er zijn subsidiekansen die deze investeringen ondersteunen. Met Milieu-investeringsaftrek (MIA) kunnen de investeringen fiscaal voordelig worden verwerkt. Het voordeel voor groenvoorzieningen bedraagt over het algemeen 36%, vaak gecombineerd met Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil). Belangrijke eisen zijn wel dat het bedrag minimaal 2.500 euro moet zijn en de melding binnen drie maanden na aangaan van de koopovereenkomst gedaan moet worden.

Hulp nodig? – IKL maakt deel uit van onze Hippisch Adviesgroep van waaruit wij ondernemers, verenigingen en gemeenten ook bij dit soort vraagstukken faciliteren. IKL kan helpen bij bijvoorbeeld het uitwerken van een beplantingsplan en het bedenken van mogelijke groenvoorzieningen en zij kennen de provinciale initiatieven die bijdragen aan het realiseren van groen. Neem voor meer informatie contact op via [email protected].

Bron: ABAB Accountants & Adviseurs (lid Hippische Adviesgroep)